Een Bijbelse site die volgens de Hebreeuwse Bijbel door Israëlitische koningen werd bezocht, is in Jordanië geïdentificeerd, zeggen onderzoekers. De site uit de ijzertijd, bekend als Mahanaim, maakte deel uit van het koninkrijk Israël (ook wel het Noordelijke koninkrijk genoemd). Het team denkt ook de resten van een gebouw in Mahanaim te hebben geïdentificeerd dat werd gebruikt door elitefiguren, mogelijk zelfs Israëlitische koningen.
Tegenwoordig heet de plek die Mahanaim zou kunnen zijn Tal ad-Dahab al-Gharbi, schrijven archeologen Israel Finkelstein van de Universiteit van Tel Aviv en Talai Ornan van de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem in een artikel gepubliceerd in het tijdschrift Tel Aviv. De onderzoekers baseren hun claim op archeologische overblijfselen die op de plek zijn gevonden en een analyse van Bijbelpassages die Mahanaim vermelden.
mahanaim
De naam "Mahanaim" betekent "twee kampen" in het Hebreeuws, en Bijbelpassages suggereren dat het naast een andere plaats lag, Penuel genaamd, schrijven de onderzoekers. Tegenwoordig ligt een kleinere archeologische site, bekend als Tal ad-Dahab esh-Sharqi, wat Penuel kan zijn, in de buurt van Tal ad-Dahab al-Gharbi, wat op zijn beurt Mahanaim kan zijn, leggen ze uit in het artikel. Bijbelpassages suggereren dat Penuel een tempel had, en in Tal ad-Dahab esh-Sharqi zijn de resten van een rechthoekig platform gevonden, wat een tempel kan zijn.
De vindplaats Tal ad-Dahab al-Gharbi werd tussen 2005 en 2011 opgegraven door een Duits archeologisch team. In die tijd vond het Duitse team de resten van stenen blokken met verschillende gegraveerde afbeeldingen, waaronder mensen die de lier bespelen; een leeuw, mogelijk uit een jachtscène; een dadelpalm; en een man die een geit draagt naar wat een banket lijkt te zijn, mogelijk "bedoeld als voedsel voor een feestmaal", aldus de nieuwe studie.
Finkelstein en Ornan zeggen dat de blokken waarschijnlijk de overblijfselen zijn van een gebouw dat door hoogwaardigheidsbekleders werd gebruikt. De onderzoekers merken ook op dat de stijl van de gravures lijkt op die van muurschilderingen uit de achtste eeuw v.Chr. op een locatie die bekendstaat als Kuntilet Ajrud in de noordoostelijke Sinaïwoestijn van Egypte.
Uit eerder onderzoek bij Kuntilet Ajrud is gebleken dat de locatie in de achtste eeuw v.Chr. onder controle stond van het koninkrijk Israël. Dit suggereert dat de blokken die bij Tal adh-Dahab al-Gharbi zijn gevonden, ook dateren uit de achtste eeuw v.Chr. en het werk zijn van ambachtslieden die verbonden waren aan het koninkrijk Israël.
De onderzoekers voegen eraan toe dat Mahanaim en Penuel werden gebouwd door Jerobeam II, een koning van Israël die in de achtste eeuw voor Christus regeerde.
Bezocht door Israëlische koningen?
Dit gebouw is mogelijk gebruikt door Israëlitische koningen. Finkelstein merkt op dat verhalen in de Hebreeuwse Bijbel vermelden dat een Israëlitische koning genaamd Isbaal werd gekroond in Mahanaim en dat koning David naar Mahanaim vluchtte toen hij in oorlog was met Absalom, een van zijn zonen. Hoewel deze Bijbelse verhalen suggereren dat sommige Israëlitische koningen het gebouw in Mahanaim mogelijk hebben bezocht, "is er uiteindelijk geen manier om dat te weten," vertelde Finkelstein aan Live Science.
Bartosz Adamczewski, hoogleraar theologie aan de Kardinaal Stefan Wyszynski Universiteit in Warschau, die niet bij het onderzoek betrokken was, gelooft dat de nabijheid van Tal ad-Dahab al-Gharbi tot Tal ad-Dahab esh-Sharqi helpt verklaren hoe de naam “Mahanaim” – twee kampen – is ontstaan.
Illustratieve foto door Brett Jordan: https://www.pexels.com/photo/writing-typography-blur-bokeh-11506026/